[DOOR LINDA] ‘In bijna alles wat ze niet begrepen, zagen onze voorouders het werk van machtige, onzichtbare, bovennatuurlijke wezens. Ze verzonnen er prachtige verhalen bij en zo ontstonden er mythen, legenden en primitieve godsdiensten.’
– Alice in Wetenschapswonderland –
Dit boek is geschikt om zelf te lezen vanaf groep 7.
Het verhaal
In het begin van het boek zit Alice op een bankje op het park. Opeens verschijnt er een vreemd mannetje dat van alles zegt en die veel informatie geeft over het onderwerp waarover Alice op school geleerd heeft. De dagen daarna ontmoet Alice het vreemde mannetje nog een aantal keer op dat bankje in het park. Het mannetje maakt bij het geven van de informatie gekke sprongen. Hij gaat van iets wat de leraar zei, naar ontdekkingen van Galileo en daarna verder met de eerste filosofen. Hoe meer Alice leert van dit vreemde mannetje, hoe logischer alles lijkt te zijn.
De volgende morgen gaat Alice opnieuw naar het park, ze wil meer weten. Alice vindt een boekje in haar tas over Galileo’s speelgoed, dat is natuurlijk het werk van het gekke mannetje. Het wekt wel haar interesse, dus ze begint te lezen. Dan volgt er een stukje theorie over Galileo, waarna ze in het boek lijkt te verdwijnen en kennis maakt met Archimedes en Democritus. Ze gaat met deze wetenschappers in gesprek en vraagt ze alles wat ze wil weten.
Zullen deze gesprekken en deze kennis haar helpen om een opstel te kunnen schrijven voor natuurkunde? Zal ze er een voldoende voor halen? En wie is toch dat vreemde mannetje dat alles lijkt te weten?
Benieuwd naar dit boek? Bekijk het inkijkexemplaar.
Recensie
Het lezen van dit boek is bijzonder leerzaam en zeker niet saai. De afwisseling tussen het lezen van het boek, verdwijnen in het boek en de gesprekken met het mannetje, zorgen ervoor dat je echt in het verhaal zit en door wil blijven lezen. Ongemerkt leer je een heleboel over alle mensen waarover geschreven wordt.
Op sommige momenten verdwijnt Alice in het boek en gaat ze in gesprek met de wetenschappers die ze tegenkomt. Dat lijkt me fantastisch om te kunnen doen! Als je zelf een boek aan het lezen bent, lijkt het soms ook alsof je er in verdwijnt. Alleen kun je dan niet met de personages in gesprek gaan.
De informatie uit het boek heeft Alice uiteindelijk nodig om een opstel te kunnen schrijven. Leuk dat dit opstel aan het eind van het boek ook te lezen is. Het is een soort samenvatting van het boek, maar dan in de woorden van Alice. Het boek wordt afgesloten met een woordenlijst, waarin veel moeilijke woorden nog eens worden toegelicht.
Met dank aan Uitgeverij Lannoo voor het toezenden van dit recensie-exemplaar.
Ideeën mini leeslessen Alice in Wetenschapswonderland
Om kinderen te enthousiasmeren om het boek te lezen en hen te stimuleren om erover na te denken kun je het boek koppelen aan mini leeslessen. Dit zijn tevens manieren om met kinderen in gesprek te raken over boeken en hun interesses te ontdekken. Enkele mini leeslessen voor het boek Alice in Wetenschapswonderland zijn:
- Het volgende stuk van het verhaal gaat over de renaissance, de tijd waarin Leonardo da Vinci leefde. Lees bladzijde 43 ‘Alice schrok wakker…’ t/m ‘…van zijn verbeelding.‘ voor.
Leesvraag: In welke tijd speelt jouw verhaal zich af? - In het experiment van Lavoisier lijkt het alsof de diamant verdwijnt, maar eigenlijk verandert het in een onzichtbaar gas. Lees bladzijde 69 ‘Antoine Laurent Lavoisier…’ t/m bladzijde 71 ‘…een onzichtbaar gas.’ voor.
Leesvraag: Zijn er in jouw boek dingen die niet zijn wat ze lijken? - Alice krijgt veel verschillende adviezen van de wetenschappers en niet al die adviezen passen bij elkaar. Lees bladzijde 99 ‘Het bed veranderde…’ t/m bladzijde 102 ‘…aan de beurt.’ voor.
Leesvraag: Is er in jouw boek iemand die advies krijgt?
DOWNLOAD hier de Mini leesles leskaart Alice in wetenschapswonderland.
Overige ideeën
- Poster: Kies één van de wetenschappers uit het boek en ga op zoek naar meer informatie over deze persoon. Gebruik deze informatie om een poster te maken waarmee jij je klasgenoten meer kunt vertellen over de gekozen wetenschapper.
- Stellen: Stel je voor dat jij in een boek zou kunnen verdwijnen, net als Alice. Lees bladzijde 26 ‘Terwijl ze zich…’ t/m bladzijde 30 ‘…dat precies gebeurt.’ voor. Bedenkt een nieuw hoofdstuk bij het boek dat je nu aan het lezen bent. Waarbij je in het boek verdwijnt en in gesprek kun gaan met de hoofdpersonen, of mee kunt spelen in het verhaal.
