De superhelden van Klas 13

‘Wat zeg je? O, je wilt weten wat er met iedereen gebeurde?
Maak je maar geen zorgen. Er raakte niemand gewond. Nog niet, in elk geval…’
– De superhelden van Klas 13 –

Dit boek is geschikt voor kinderen vanaf groep 5 om zelf te lezen.

Het verhaal

De kinderen van klas 13 worden geraakt door een enorme paarse en felle bliksemschicht, waarna zij allemaal superkrachten hebben. Zo is juf Linda ineens Superjuf Linda en hartstikke sterk.
Welke superkrachten zullen de kinderen hebben gekregen? Worden ze hierdoor een superheld of een superschurk?

Benieuwd naar dit boek? Bekijk hier het inkijkexemplaar.

Recensie

De superhelden van klas 13 is een verhaal dat heerlijk vlot weg leest. Met korte hoofdstukken zullen niet-lezers hier erg van kunnen genieten.

De kinderen van klas 13 krijgen allemaal superkrachten en vanaf hoofdstuk 5 lees je in elk hoofdstuk over een ander kind en zijn of haar superkrachten.

Ik kan dit boek aanraden aan kinderen vanaf groep 5 om zelf te lezen en aan leerkrachten van een groep 5 of 6 om te gebruiken als leidraad voor het klassenthema Superhelden.

Met dank aan Uitgeverij Deltas voor het toezenden van dit recensie-exemplaar.

Bekijk dit boek met ISBN 9789044754070 hier.

Klassenthema Superhelden De superhelden van Klas 13

Om vanuit het boek aan de slag te gaan met het klassenthema superhelden heb je het boek nodig. Dit boek kun je aanschaffen in de plaatselijke boekhandel of hierboven.

Wil je je gehele klas vormgeven met het superhelden thema? Bekijk dan Superhelden Superpakket of bekijk hier meer informatie over dit klassenthema.

Heb je het boek in je bezit? Dan geef ik je hier ideeën om vanuit het boek De superhelden van Klas 13 aan de slag te gaan met het thema superhelden.

Eerste voorleessessie:

Lees hoofdstuk 1 voor om het thema en het boek te introduceren.

Tweede voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 18 ‘…hebben allemaal superkrachten!‘ voor.

• • Als dit bij ons in de klas zou gebeuren, welke superkracht zou dan bij jou passen? Bedenk twee superkrachten voor jezelf. Een fantasie-superkracht zoals kunnen vliegen of vuur kunnen spuwen. Bedenk ook een superkracht welke goed bij jou past en waar wij in de klas wat aan hebben zoals behulpzaam zijn, goed kunnen uitleggen of dingen oplossen.

Derde voorleessessie:

• • Schrijf jouw toekomst visioen over jullie groep. Hoe zullen jullie aan het einde van het schooljaar zijn? Welke superheldenacties zullen er hebben plaatsgevonden?

Vierde voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 30 ‘…dramatisch: Neeeeeeeee!’ voor.

• • Speel het superheldenreactiespel. Zijn jullie een beetje op elkaar ingespeeld?

Reactiespel superhelden 16 kinderen
Reactiespel superhelden 24 kinderen
Reactiespel superhelden 32 kinderen
Reactiespel superhelden 40 kinderen

Vijfde voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 62 ‘…verdomd lekker zijn?‘ voor.

• • Introduceer alvast de schrijfopdracht, waar de kinderen later mee aan de slag gaan. Schrijf een verhaal over jezelf en jouw superkrachten. Hoe zorgen jouw superkrachten ervoor dat de klas een fijnere/betere plek wordt?

Stelopdracht hoe zet je jouw superkrachten in

 

Zesde voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 64 ‘…wraak zou nemen…‘ voor.

• • Hoe kunnen jullie het lokaal inrichten als het thuishonk van jullie superhelden? Misschien kun je iets met het kant-en-klaar themapakket?

Zevende voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 96 ‘…geen duimen hebben.’ voor.

• • Elk kind maakt voor zichzelf een superhelden verjaardagskalender.
    • Maak van iedereen een graffiti foto, zoals dit voorbeeld:
      
    • Laat elk kind een cape versieren met zijn/haar naam.
      
    • Laat elk kind ook zijn/haar geboortedatum versieren in deze superheldenkreet:
      
    • Zorg ervoor dat de cape en kreet op de foto geplakt worden. Dit kan d.m.v. knippen/plakken. (Tip: let er van te voren op dat de verhoudingen kloppen).
      Het kan ook digitaal zoals ik met Gimp gedaan heb. Scan alle capes en kreten in, zorg dat de achtergrond transparant wordt en plak ze over elkaar.
      

Achtste voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 101 ‘…KERELS KEN IK.‘ voor.

• • Teken zelf een strip over jullie klas vol superhelden. Hoe ziet een dag bij jullie in de klas eruit? Wat gebeurt er allemaal?

Negende voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 118 ‘…Wat vind jij?‘ voor.

• • Maak een begin met het schrijven voor de stelopdracht door te brainstormen over jezelf als superheld. Welke superkrachten heb jij? Bekijk hiervoor eventueel je rapport, maar kijk vooral ook naar sociale vaardigheden. Waarmee draag jij bij aan een fijne/gezellige klas?

Tiende voorleessessie:

Lees t/m bladzijde 127 ‘…een superdag was.’ voor.

• • Ga samen in gesprek over groepsregels waardoor jullie samen de groep ‘redden’ en over wat hen een Superklas maakt. Eentje waarin iedereen, ongeacht zijn of haar gave, er mag zijn. Gebruik hierbij het T-model: wat zie je en wat hoor je in een superklas?
    Dit is een voorbeeld van zo’n T-model: Download hier het Format T-model.
  • Bespreek welke eed de kinderen af willen leggen. Wat willen zij aan elkaar en aan zichzelf beloven? Stel hiervoor samen de groepsmissie op en laat alle kinderen de eed afnemen.
    Wij namen de eed af door in superheldenpose voor de klas te staan, de eed voor te lezen en daarna onze handtekening te zetten.

Laatste voorleessessie:

Lees het boek uit.

• • Ga aan de slag met de stelopdracht.

Ik wens je veel superhelden-plezier!

Andere delen

• Klas 13 iedereen wint de loterij Bekijk hier de lesideeën.
• Klas 13 iedereen beroemd
• Klas 13 mag een wens doen

Bij het boek Super Normaal bedacht ik ook een heel superheldenthema.