Kleine ijsbeer – Een ijsbeer in de tropen

[DOOR MICHELLE] ‘Plotseling duikt hij onder.
Lars schrikt.
Hij kan niet zien waar zijn vader gebleven is.’
– Kleine ijsbeer – Een ijsbeer in de tropen –

Dit boek is geschikt om voor te lezen vanaf groep 1.

Het verhaal

Cover Kleine ijsbeer

Lars de ijsbeer woont op de Noordpool met zijn vader en moeder. Vandaag mag hij voor het eerst naar de grote ijsvlakte met zijn vader en ziet hij hoe zijn vader een grote vis vangt in de zee. Als ze moe zijn, maken ze een sneeuwberg en gaan lekker slapen. Wanneer Lars wakker wordt, bevindt hij zich midden op zee op zijn ijsschots. Deze smelt en gelukkig vindt hij een ton waarop hij verder drijft tot hij in de verte een groen land ziet. Hij ontdekt dat hij in de tropen in Afrika is en vraagt zich af hoe hij terug kan naar zijn ouders op de Noordpool. Wie zou hem kunnen helpen?

Benieuwd naar dit boek? Bekijk het inkijkexemplaar.

Recensie

Wat heb ik de klassieker Kleine ijsbeer – Een ijsbeer in de tropen al vaak voorgelezen in de kleuterklas. Door de duidelijke verhaalopbouw, de rijke taal en de variatie in de omgeving was dit een van de favoriete prentenboeken van mijn leerlingen. In het verhaal maak je kennis met de verschillende landschappen die je op onze wereldbol kunt vinden en ontdek je welke dieren waar leven. De illustraties versterken het verhaal, doordat ze de moeilijke woorden, zoals de horizon en voetzolen uitleggen. Deze rijke taal en prachtige afbeeldingen zie je ook terug bij de klassieker De mooiste vis van de zee, het is een kracht van Uitgeverij de Vier Windstreken.

Kleine ijsbeer wordt opnieuw uitgegeven in het kader van de actie Geef een prentenboek cadeau 2023.

Met dank aan Uitgeverij de Vier Windstreken voor het toezenden van dit recensie-exemplaar.

Ideeën voorlezen Een ijsbeer in de tropen

In de onderbouw werken de mini leeslessen anders. Het voornaamste doel van het voorlezen in de onderbouw is het leesplezier! Kinderen die graag worden voorgelezen en het fijn vinden om boeken te bekijken, zullen later het lezen sneller oppakken. Bij de keuze van het boek is het belangrijk om aan te sluiten bij de belevingswereld van de kinderen.
Hieronder staat beschreven hoe je Een ijsbeer in de tropen kunt voorlezen. Voorlezen is een manier om naast het vergroten van het leesplezier te werken aan andere doelen zoals het vergroten van de woordenschat, het inzicht in zinsbouw, verhaalbegrip, de communicatievaardigheid en boekoriëntatie te werken.

Introductie en voorlezen

Als introductie:

Leg een blok ijs in de watertafel en zet er een speelgoed ijsbeertje op en stel vragen om de onderzoekende houding van leerlingen te stimuleren.

  • Zou de ijsbeer de hele dag droog kunnen blijven?
  • Wanneer gaat een ijsblok smelten?
  • Hoe zou de ijsbeer kunnen verplaatsen?
  • Wat gebeurt er als het gaat regenen?

Voor het voorlezen:

Bekijk met de kinderen de kaft en praat erover voor je start met voorlezen. Je kunt dit doen door te vragen wat ze zien en of ze een idee hebben wat dat betekent.

Vertel kort de strekking van het verhaal zonder dat je de clou weggeeft. Je wil dat kinderen nieuwsgierig worden en de juiste informatie tot zich nemen, waardoor het verhaalbegrip zo groot mogelijk wordt. Voor dit boek zou dit als volgt kunnen:

  • Lars, de kleine ijsbeer staat op een ijsschots tegen een sneeuwberg aan. Voordat hij zich midden op zee bevond, zat de ijsschots vast aan een grote ijsvlakte waar Lars samen met zijn vader was. De ijsschots is er af gebroken en nu is Lars helemaal alleen op zee. De stroming van de zee brengt hem naar het land, maar waar zou hij terecht komen?

Als het prentenboek voor de eerste keer voorgelezen wordt, onderbreek je het verhaal zo min mogelijk. Je geeft alleen maar uitleg als je denkt dat sommige woorden te moeilijk zijn om het verhaal te begrijpen.  Zorg ervoor dat de kinderen het boek goed kunnen zien (liefst via het digibord). Moeilijke woorden op de pagina leg je van tevoren uit in kindertaal eventueel met hulp van de illustratie.

Bij volgende keren voorlezen is het mogelijk om dieper na te denken over een fragment van het verhaal. Als je een denkvraag stelt, vraag dan door op wat de leerlingen antwoorden.

Maak een keuze uit onderstaande vragen:

Kijk en vergelijk Bekijk de bladzijde met Lars en zijn vader en de bladzijde met Lars en Hippo. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen?
Betwijfelen Zou jij hulp vragen aan iemand die je eng vindt? Net zoals Lars hulp vraagt aan Hippo. 
Oplossen Hoe zouden de dieren in de tropen Lars kunnen helpen om weer naar huis te komen?
VoorspellenLees het boek voor tot de zin ‘Waar is hij nu terechtgekomen?’ Laat de leerlingen nadenken over de omgeving waar Lars naartoe is gedreven.
Ontwerpen De ijsschots van Lars smelt en hij klimt op een ton. Stel dat er geen ton zou zijn, wat zou hij dan kunnen doen?
Grote ideeën Waarom zou de ijsschots afbreken van de ijsvlakte?
Verbinden  Ben jij wel eens je vader of moeder kwijt geweest? Hoe heb je ze toen weer terug gevonden?

Woorden die goed behandeld kunnen worden bij dit boek om de woordenschat te vergroten:

  • Met behulp van de illustraties: ijsvlakte, noordpool, berenvacht, sneeuwberg, ijsschots, ton, voetzolen, Hippo de nijlpaard, Dago de arend, wereld, kameleon, horizon, Orka de walvis.
  • Uitleggen met andere woorden: eenzaam, verlaten, tevoorschijn, afkoelen, reusachtig, overkant, geschikt plekje, verlangen, beleefd, hetzelfde moment, hoogste woord, nooit, begrijpen.
  • Door in het echt te laten zien: drijven, zinken, verlaten, klauteren, dobberen, glijden, spetteren, verbazen, turen in de verte.

Werken vanuit essentiële thema’s

In groep 1-2 wordt op bijna alle scholen gewerkt met thematisch onderwijs. Bij het voorlezen is het dan ook een logische keuze om te kiezen voor prentenboeken die bij het thema passen. Het doel van het thematisch voorlezen is dat de ervarings- en taalbasis van de kinderen vergroot wordt.

Kies een essentieel thema, waarbij 1 prentenboek de basis is. Essentiële thema’s zijn brede onderwerpen waar mensen op verschillende wijzen naar kijken en die uitnodigen tot het stellen van vragen en filosoferen. Uitleg over het essentiële thema lees je in het blog Werken met essentiële thema’s. (moet nog een link ingeplakt worden)

Essentieel thema

Binnen een essentieel thema werk je met een centrale zin en woord. Uitleg over de centrale zin en het centrale woord lees je het blog Geletterdheid met prentenboeken.

Bij dit boek past het essentieel thema: Heb jij het warm? Ik heb het koud.

De zin die centraal kan staan is: ‘Ik heb het warm.’ of ‘Ik heb het koud.’
Als centrale woord zou ik ‘koud of warm‘ kiezen.

Andere essentiële thema’s bij dit prentenboek kunnen zijn:

  • Reizen
  • Dieren
  • Klimaat

Mogelijke activiteiten

Hoeken:

Een ijsbeer in de tropen is een boek waarbij je heel makkelijk een verteltafel kunt maken. Aan één kant maakt je de grote ijsvlakte, daarnaast de zee en aan de andere kant de tropen. Wanneer je knuffels of plastic dieren hebt van de hoofdpersonen in het verhaal, kunnen de leerlingen nadat je dit hebt voorgedaan het verhaal al snel na spelen op de verteltafel. Vergeet niet het boek erbij te zetten, zo kunnen ze de gebeurtenissen terugzien wanneer ze de verhaallijn zijn vergeten.

Creatief schrijven:

  • Teken de route die Lars, de kleine ijsbeer heeft afgelegd.
  • Verzin een nieuwe reis voor Lars en teken de route.
  • Maak sporen, net zoals in de sneeuw of het zand.

Rekenen:

  • Meet de route die Lars aflegt met een meetlat.

Muziek:

Natuur:

Andere titels bij het thema:

Overige ideeën

Vergelijkbare artikelen