[DOOR Dory] ‘Dag Rodger, je spreekt met professor B. Ik doe onderzoek naar werkplezier. Voor een project op school is meester Art hier op zoek naar bijzondere beroepen. Nu zag ik dat jij onderwaterlasser bent, dat moet wel heel bijzonder werk zijn.”
– Weet je wat ik worden wil… –
Dit boek is geschikt om voor te lezen vanaf groep 5.
Het verhaal
In Weet je wat ik worden wil… vind je twaalf verhalen geschreven door twaalf verschillende, bekende auteurs. Het overkoepelende thema is beroepen en elke auteur geeft hier zijn eigen draai aan.
Zo schrijft Tosca Menten over een geheime verdieping waar je kunt komen als je piccolo bent. Jacques Vriens schrijft over een meisje dat dolgraag elektricien wil worden en Arend van Dam heeft een verhaal geschreven over een meisje dat wielrenster werd, lang geleden.
Weet je wat ik worden wil… was een thematitel voor de bovenbouw tijdens de Kinderboekenweek 2021.
Benieuwd naar dit boek? Bekijk het inkijkexemplaar.
Recensie
Als ik het over beroepen heb op school, kom ik al gauw bij de informatieve boeken terecht. Weet je wat ik worden wil… is hierop een welkome aanvulling omdat het thema beroepen mooi verwerkt is in de verhalen. Elke schrijver heeft zijn eigen interpretatie hieraan gegeven. Zo is er voor ieder wat wils. Mij sprak het verhaal van Esther Walraven het meest aan. In dit verhaal worden bijzondere beroepen besproken, zoals stemacteur, robotontwerper en geldverwerker. Ik denk dat de kinderen in de midden/bovenbouw hier meteen nieuwsgierig naar zullen zijn!
‘Als stemacteur spreek ik teksten in voor animatiefilms, games en tekenfilmseries. Je kent me bijvoorbeeld als Baymax, de robot uit Big Hero 6.’
Ik zou het boek zeker aanraden als er gewerkt wordt rond het thema beroepen, maar ook zonder reden is het boek leuk én leerzaam om te lezen. Als je rond beroepen werkt is ook Beroep onder de loep een boek wat er goed bij past. Met dank aan Uitgeverij Van Goor voor het toezenden van dit recensie-exemplaar
Ideeën mini leeslessen Weet je wat ik worden wil…
Om kinderen te enthousiasmeren om het boek te lezen en hen te stimuleren om erover na te denken kun je het boek koppelen aan mini leeslessen. Dit zijn tevens manieren om met kinderen in gesprek te raken over boeken en hun interesses te ontdekken. Enkele mini leeslessen voor het boek Weet je wat ik worden wil… zijn:
Krampeerweekend
- Lieke voelt zich bij haar gezin niet begrepen. Gelukkig heeft ze wel oma bij wie ze altijd mag zeuren en die haar wel goed begrijpt. Lees bladzijde 25 ‘Ik ben jaloers…’ t/m bladzijde 27 ‘…beetje aan jezelf.’ voor.
Leesvraag: Bij wie voelt jouw hoofdpersoon zich het meest begrepen? - Lieke is het beu dat iedereen telkens vraagt wat ze wil worden. Zo beu, dat ze een keer ontploft als er weer naar gevraagd wordt. Lees bladzijde 30 ‘Daar zul je…’ t/m bladzijde 33 ‘..Emil en Eva.’ voor.
Leesvraag: Ontploft jouw hoofdpersoon ook in het boek? Of is hij juist rustig?
De gifmenger
- Jeffrey wil gifmenger worden en gaat op bezoek bij verschillende gifmengers om inspiratie op te doen. Hij gaat langs een meneer die slangen houdt. Lees bladzijde 42 ‘Om vijf over…’ t/m bladzijde 43 ‘…was zoals Cliff.’ voor.
Leesvraag: Welke dieren komen er in jouw boek voor? Zitten er enge dieren bij zoals bij Jeffrey?
Het wonderkind
- Timothy moet met zijn moeder mee winkelen en hij verveelt zich enorm. Tót hij een piano ziet staan… Lees bladzijde 46 ‘Als Timothy vond…’ t/m bladzijde 48 ‘…pianist in hem.’ voor.
Leesvraag: Verveelt er iemand zich in jouw boek? Hoe wordt het opgelost? - Timothy en Yasmina komen elkaar tegen en Timothy vraagt of Yasmina muzikaal is. Yasmina zegt dat ze heel muzikaal is, maar dit is niet waar. Het is een leugentje om bestwil. Lees bladzijde 54 ‘Op een avond…’ t/m bladzijde 55 ‘…in zijn gereedschapskist.’ voor.
Leesvraag: Wordt er in jouw boek gelogen? Is het een leugentje om bestwil of is het een gewone leugen?
Professor B. onderzoekt… het meest bijzondere beroep
- Professor B. onderzoekt allerlei beroepen. Hij komt uit bij een robotontwerper en de robotontwerper vertelt alle technische snufjes, hoe het werkt. Lees bladzijde 60 ‘Kasper: ‘Bij robots…’ t/m bladzijde 61 ‘...precies zó werkt.’ voor.
Leesvraag: Wie is er technisch in jouw boek? Worden er technische dingen gedaan? - Een ander beroep dat Professor B. onderzoekt is die van Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand. Zij mag mensen met elkaar laten trouwen. Lees bladzijde 62 ‘Floor: ‘Ik ben…’ t/m bladzijde 63 ‘…nog als beroepskeuzeadviseur.’ voor.
Leesvraag: Wie zijn er in jouw boek getrouwd? Of gaan er misschien wel mensen trouwen?
Brokkenpiloot
- Lieke voelt zich bij haar gezin niet begrepen. Gelukkig heeft ze wel oma bij wie ze altijd mag zeuren en die haar wel goed begrijpt. Lees bladzijde 25 ‘Ik ben jaloers…’ t/m bladzijde 27 ‘…beetje aan jezelf.’ voor.
Leesvraag: Bij wie voelt jouw hoofdpersoon zich het meest begrepen?
Dex en de suikerboonfee
- Dit verhaal speelt zich af in december, rond de Kerstdagen. Lees bladzijde 81 ‘Het begon ermee…’ t/m bladzijde 82 ‘…had van iedereen.’ voor.
Leesvraag: In welke periode van het jaar speelt jouw verhaal zich af?
Wereldkampioen op de weg
- In dit verhaal lees je over Mien. Een meisje dat leefde begin jaren negentig. Zij mocht niet worden wat ze wilde. Lees bladzijde 93 ‘Niemand vroeg ooit…’ t/m bladzijde 93 ‘…stoffen en ritssluitingen.’ voor.
Leesvraag: Komt er in jouw boek iets ouderwets voor? Iets wat nu eigenlijk niet meer gebeurt? - Mien richt een wielerclub voor dames op: Vooruitgang is ons streven. Lees bladzijde 94 ‘Twee jaar werkte…’ t/m bladzijde 95 ‘...Ons streven betekende.’ voor.
Leesvraag: Zijn er personages in jouw boek lid van een club? Wat voor club is het?
Dito
- Klaas is een jongen die het niet goed doet op school, hij heeft namelijk dyscalculie en dyslexie. Daar wordt hij door zijn klasgenootjes mee gepest. Gelukkig blijkt hij ergens anders wel heel goed in te zijn. Van zijn oma leert hij hoe hij met een bordercollie een schaapskudde moet hoeden. Lees bladzijde 108 ‘Klaas en Valma…’ t/m bladzijde 110 ‘…op zijn gezicht.’ voor.
Leesvraag: Waar is jouw hoofdpersoon heel goed in? Of juist helemaal niet?
Circus dierenarts
- Larissa en haar vriendin Yin zijn op weg naar huis. Ze komen een merel tegen die op de grond ligt. Het lijkt erop dat haar vleugeltje gebroken is. Lees bladzijde 113 ‘Ik ben met…’ t/m bladzijde 114 ‘…te gaan spelen.’ voor.
Leesvraag: Is er iemand in jouw boek ziek? - Larissa durft haar ouders niet te vertellen dat ze geen circusartiest wil worden. Ze is bang dat ze boos gaan worden. Zodra ze het verteld heeft blijken haar ouders het helemaal niet erg te vinden. Lees bladzijde 116 ‘Door de reddingsactie…’ t/m bladzijde 118 ‘…helemaal beter maak.’ voor.
Leesvraag: Ziet jouw hoofdpersoon ergens tegenop? Valt het achteraf mee of tegen?
Het perfecte plaatje
- Jonas wordt altijd gepest door een groepje jongens. Ze hebben nu zelfs de dure lens van zijn nieuwe camera kapot gegooid. Lees bladzijde 120 ‘Boe! Ineens verschijnt…’ t/m bladzijde 121 ‘…handen eraan af.’ voor.
Leesvraag: Wordt er in jouw boek iemand gepest? - Jonas heeft een grote wens: hij wil het Noorderlicht fotograferen. Lees bladzijde 125 ‘Heb je foto’s…’ t/m bladzijde 126 ‘..halfbroertje of niet.’ voor.
Leesvraag: Wat is de grootste wens van iemand uit jouw boek?
Hoogspanning
- Evi heeft een havo-advies gekregen van haar juf in groep 8. Haar ouders willen daarom dat ze naar de school Odulfus gaat. Evi heeft alleen andere plannen… Ze wil naar het Rietveld, maar dat is een vmbo-school. Lees bladzijde 134 ‘Als Noortje ‘s middags…’ t/m bladzijde 135 ‘…haar ouders nog.’ voor.
Leesvraag: Gaat in jouw boek alles volgens plan? Of gaat er misschien toch iets anders dan gepland?
Overige ideeën
- In het verhaal van de professor komen bijzondere beroepen voorbij. Lees het verhaal voor en bespreek de bijzondere beroepen. Welk beroep spreekt de kinderen aan en welke juist niet? Laat de kinderen daarna een bijzonder beroep opzoeken en hier een presentatie over geven. Het zou nog leuker zijn als ze ook kunnen bellen met de persoon met het beroep!
- In het verhaal van de brokkenpiloot doet Boaz allerlei klusjes om een videogame te kunnen kopen. Kunnen de kinderen klusjes bedenken waar ze geld mee kunnen verdienen?
- Weten de kinderen al wat ze willen worden? Laat ze daar zelf een verhaal mee verzinnen.
