Vonken en lichtjes – levende dingen die de nacht doen gloeien

‘Wanneer het donker is, hebben we licht nodig om te kunnen zien. Maar stel je voor dat je lichaam zelf zijn eigen licht zou kunnen maken!’
-Vonken en lichtjes –

Het boek

Cover Vonken en lichtjes

In Vonken en lichtjes lees je over levende dingen die licht geven. Denk aan stralen vanaf de grond, schitteren in een duistere grot en vijanden verbijsteren en afleiden. Ontdek ook van alles over deze lichtjes in de natuur via de informatieve stukjes tekst. Lees over de glimwormen, vampierinktvissen en dinoflagellaten.

Benieuwd naar dit boek? Bekijk het inkijkexemplaar.

Recensie

Wauw, vonken en lichtjes is echt een bijzonder boek. De vormgeving met zwarte bladzijden en felle kleuren die licht lijken te geven is prachtig De cover is zelfs glow in the dark. De verhaallijn is met iets grotere letters vormgegeven en kun je los voorlezen, dat maakt dit boek zeer geschikt voor een kleuterklas waarbij dit boek in het thema zou passen. Daaromheen kun je op elke bladzijde meer informatie lezen, super interessant voor de voorlezer of juist ook voor kinderen die meer willen weten over wat er voorgelezen is.

Ik kan dit boek sterk aanraden aan elke basisschool om voor te lezen in thema’s zoals donker en licht, dieren, natuur, bijzondere verschijnselen, etc.

Met dank aan Uitgeverij Samsara voor het toezenden van dit recensie-exemplaar.

Ideeën voorlezen Vonken en lichtjes

In de onderbouw werken de mini leeslessen anders. Het voornaamste doel van het voorlezen in de onderbouw is het leesplezier! Kinderen die graag worden voorgelezen en het fijn vinden om boeken te bekijken, zullen later het lezen sneller oppakken. Bij de keuze van het boek is het belangrijk om aan te sluiten bij de belevingswereld van de kinderen.
Hieronder staat beschreven hoe je Vonken en lichtjes kunt voorlezen. Voorlezen is een manier om naast het vergroten van het leesplezier te werken aan andere doelen zoals het vergroten van de woordenschat, het inzicht in zinsbouw, verhaalbegrip, de communicatievaardigheid en boekoriëntatie te werken.

Verder vind je in dit blog ook uitwerkingen hoe je met dit prentenboek aan de slag kunt gaan met geletterdheid en hoe je allerlei activiteiten kunt koppelen aan dit specifieke boek.

Introductie en voorlezen

Als introductie: maak het donker in de klas, schijn met een zaklamp rond in de klas. Wat zien jullie door dit licht en hoe ziet hetzelfde er in het donker uit? Praat samen over de verschillen tussen donker en licht.

Voor het voorlezen:

Vertel kort de strekking van het verhaal zonder dat je de clou weggeeft. Je wil dat kinderen nieuwsgierig worden en de juiste informatie tot zich nemen, waardoor het verhaalbegrip zo groot mogelijk wordt. Voor dit boek zou dit als volgt kunnen:

  • Als het donker is, hebben wij licht nodig om te kunnen zien. Maar stel je voor dat je lichaam licht zou geven, dan zou je hetzelfde kunnen als verschillende dieren. Daarover gaat dit boek, luister maar eens.

Als het prentenboek voor de eerste keer voorgelezen wordt, onderbreek je het verhaal zo min mogelijk. Je geeft alleen maar uitleg als je denkt dat sommige woorden te moeilijk zijn om het verhaal te begrijpen. Zorg ervoor dat de kinderen het boek goed kunnen zien (liefst via het digibord). Moeilijke woorden op de pagina leg je van tevoren uit in kindertaal eventueel met hulp van de illustratie. In dit boek geven de prenten veel informatie. Zo is het goed om aandacht te besteden aan de details in de tekeningen. Mijn voorkeur gaat uit naar het voorlezen en gelijktijdig stilstaan bij wat je ziet op de prenten voordat je verder gaat.

Bij volgende keren voorlezen is het mogelijk om dieper na te denken over een fragment of een bepaald stukje uit het verhaal. Als je een denkvraag stelt, vraag dan door op wat de leerlingen antwoorden.

Maak een keuze uit onderstaande vragen:

Kijk en vergelijkWat hebben alle dieren op de platen met elkaar gemeen?
BetwijfelenLees het verhaal voor tot de tekst ‘kun je je dat voorstellen?‘ en praat samen over of je je dit kan voorstellen?
BedenkenWat zouden het meisje en de vrouw denken, voelen, zien, ruiken en horen? Kies één of meerdere prenten uit om hierover te praten.
OplossenAls het ineens donker is, zie je eerst niks. Je ogen moeten even wennen aan het licht, dan zie je weer meer. In onze omgeving is heel veel licht, hierdoor is het buiten bijna nooit helemaal donker. Hoe zou je toch goed kunnen kijken zodat je mogelijke lichtjes van de natuur ziet? Wat is daarvoor nodig?
Voorspellen(Deze vraag kun je alleen stellen als je niet verder voor hebt gelezen dan ‘Maar stel je voor dat je lichaam zelf zijn eigen licht zou kunnen maken!’ Wat zouden dieren kunnen doen als hun lichaam licht geeft?
OntwerpenWelk dier zou jij wel eens willen zien lichtgeven met behulp van bioluminescent? Maak er eventueel een tekening bij.
Grote ideeënStel je voor dat je lichaam zelf zijn eigen licht zou kunnen maken. Hoe zou dat zijn?
VerbindenOp welke manier gebruik jij licht als het donker is? Denk aan glow in the dark, fluor sticks, nachtlampje, lamp op de gang, etc.

Woorden die goed behandeld kunnen worden bij dit boek om de woordenschat te vergroten ( ik richt me hierbij tot het prentenboek verhaal. De informatieve stukken lichten zichzelf toe ):

  • Met behulp van de illustraties: stralen, schitteren
  • Uitleggen met andere woorden: verbijsteren en afleiden, biljoenen, voortbrengen

Werken vanuit essentiële thema’s

In groep 1-2 wordt op bijna alle scholen gewerkt met thematisch onderwijs. Bij het voorlezen is het dan ook een logische keuze om te kiezen voor prentenboeken die bij het thema passen. Het doel van het thematisch voorlezen is dat de ervarings- en taalbasis van de kinderen vergroot wordt.

Kies een essentieel thema, waarbij 1 prentenboek de basis is. Essentiële thema’s zijn brede onderwerpen waar mensen op verschillende wijzen naar kijken en die uitnodigen tot het stellen van vragen en filosoferen. Uitleg over het essentiële thema lees je in het blog Werken met essentiële thema’s.

Essentieel thema

Binnen een essentieel thema werk je met een centrale zin en woord. Voor uitleg over de centrale zin en het centrale woord lees je het blog Geletterdheid met prentenboeken.

Bij dit boek past het essentieel thema:
licht – ik geef licht – er is licht – licht en donker – lichtjes

De zin die centraal kan staan is: stel je eens voor
Als centrale woord zou ik voorstellen kiezen.

Andere essentiële thema’s bij dit prentenboek kunnen zijn:

  • ik kan iets bijzonders/ik ben bijzonder
  • stralen
  • Eventueel de koppeling met kerstmis, waarbij het het lichtjesfeest genoemd wordt.

Mogelijke activiteiten

Hoeken:

  • Experimenten met lichtjes.
    -Heb je een lichtbak dan is dat natuurlijk een hele fijne aanvulling in deze hoek.
    -Verder kun je denken aan schaduwfiguren met je handen maken.
    Zelf vuurvliegjes maken
    -Met schaduwpoppetjes een schaduwspel uitwerken
    -Kijkdoos maken waarbij je een zaklamp nodig hebt om wat te zien
    -Maak tekeningen met behulp van de zon:

Creatief schrijven:

  • Glow in the dark pennen toevoegen aan de schrijfhoek.
  • Stripverhaal laten maken waarbij de kinderen zelf licht geven en hoe dat zou zijn.

Rekenen:

  • Heb het samen over licht en zwaar en vergelijk materialen met elkaar. Leg daarbij duidelijk het verschil uit tussen licht wat je kan zien en licht wat je kan voelen.

Muziek:

  • Wat een sterren… (Als kleuter heb ik dit lied aangeleerd voor de kerstviering en ik weet nog na de kerstviering (super laat als 4-jarige) dat ik me heel erg verwonderde dat dit liedje nog klopte ook omdat er inderdaad steeds meer sterren waren als ik naar boven bleef kijken.)

Natuur:

  • Ga samen de natuur in en kijk goed om je heen. Het is dan wel niet donker, maar kunnen jullie dingen ontdekken die meer licht lijken te geven dan andere dingen?

Andere titels bij het thema:

*Dit bericht bevat affiliate links

Vergelijkbare artikelen

Winkelwagen