Op deze pagina vind je het complete overzicht van alle ideeën mini leeslessen van Kinderboekenjuf.nl.
Wat zijn mini leeslessen?
Om kinderen enthousiast te krijgen, heb ik geleerd om zelf het goede voorbeeld te geven. Door zelf enthousiast te zijn over kinderboeken worden kinderen dat ook. Als leerkracht/ouder heb je immers een voorbeeldrol. Daarom geef ik jullie hier graag enkele ideeën voor mini leeslessen.
In eerste instantie zijn deze mini leeslessen voor in de klas. Maar als ouder kun je de ideeën ook gebruiken om thuis met kinderen in gesprek te raken over verschillende boeken en zo samen te kijken wat voor jouw kind het beste werkt.
Voorbeeld mini leesles
Een mini leesles ziet er bij mij als volgt uit:
– Ik kies van te voren een boek uit waar ik de kinderen enthousiast voor wil maken. Bijvoorbeeld het boek Dolfje Weerwolfje.
– Ik bedenk welke leesvraag ik de kinderen mee wil geven tijdens het zelfstandig lezen. In dit geval vraag ik de kinderen: ‘In welk bijzonder wezen/dier zou jouw hoofdpersoon kunnen veranderen?’
– Ik zoek een stukje tekst om voor te lezen wat bij deze vraag aansluit. Ik vertel kort dat het boek gaat over Dolfje die ineens een weerwolf wordt. Daarbij lees ik het stuk voor waarin de verandering van Dolfje in een weerwolf echt plaats vindt (bladzijde 10, 11 en 12).
– Dan gaan de kinderen 15-20 minuten stil lezen. Daarbij gaan ze tijdens het lezen op zoek naar een antwoord op mijn vraag en zoeken ze indien mogelijk een stukje om voor te lezen waarmee ze hun antwoord ondersteunen.
Tijdens deze 15-20 minuten probeer ik ook zelf in een kinderboek te lezen. Ik kies ervoor om een kinderboek omdat ik dit leuke boeken vind, de kinderen nieuwsgierig zijn naar welk boek de juf leest en ik hierdoor meer kan vertellen over kinderboeken. (Je kan al deze kennis opdoen tijdens de leesles).
– Na 15-20 minuten lezen, vraag ik wat de kinderen gevonden hebben in hun boek. Hierbij geef ik de kinderen veel vrijheid. Ik kies per leesles ongeveer 3 kinderen uit die hun verhaal mogen doen. Het kan dus zijn dat Pietje vertelt over het boek ‘Leven van een Loser’ waarbij hij denkt dat Bram Botermans kan veranderen in een vampier, omdat hij zo van het nachtleven houdt.
Doel: boeken promoten, lezen en praten over boeken. Behaald!
Door op deze manier om te gaan met 30 minuten stil/vrij lezen, zorg ik ervoor dat de beleving groot is. Ook voorkom ik door 20 minuten te lezen dat de spanningsboog kort blijft en de kinderen dus echt bezig zijn met lezen. Door zelf enthousiast te vertellen over een boek hoop ik dat ik de leerlingen aanspreek en zij ook enthousiast worden over dit boek. Door de kinderen te laten vertellen over hun boek hoop ik dat andere kinderen die boeken ook leuk gaan vinden.
De mini lessen zijn gebaseerd op het idee list lezen van de CED groep. Lees in dit document meer over list lezen en klik hier voor de folder lezen is top.
Interactief voorlezen
In de onderbouw (groep 1/2) draait het vooral om de gesprekken over boeken. Je kunt een boek interactief voorlezen aan de kinderen. Hierdoor stimuleer je de taalontwikkeling, het verhaalbegrip en de woordenschat. Tijdens het interactief voorlezen ga je in gesprek met de kinderen. Je stelt vragen om de kinderen het verhaal na te laten vertellen en te kijken of ze begrijpen wat je vertelt. Het is belangrijk om open vragen over het verhaal en de plaatjes te stellen, hierdoor krijgen kinderen de kans om te vertellen over het verhaal. Het is ook leuk om in te gaan op reacties van kinderen of ze dingen uit te laten beelden. Lees hier 10 gouden tips van Peuterplace om interactief voor te lezen.
Hier leg ik je meer uit over interactief voorlezen.
Algemene ideeën voor mini leeslessen
Ik geef je graag enkele tips die bij alle boeken toepasbaar zijn.
Informatie
- Waar speelt het verhaal zich af?
- Wie is de hoofdpersoon?
- Wie zijn de bijpersonen?
- Waar gaat het verhaal over?
- In welke tijd speelt het verhaal zich af?
Mening
- Kun je dit boek aanraden en waarom?
- Welk cijfer geef je dit boek en waarom?
- Wat is je favoriete stuk uit het boek en waarom?
- Welk stuk vond je spannend en waarom?
- Wat vind je bijzonder aan dit verhaal en waarom?
- Welk stuk maakt je emotioneel en waarom?
- Welk stuk vond je grappig en waarom?
- Welke personen uit het boek vind je aardig en waarom?
- Wie zou jij wel willen zijn en waarom?
- Omschrijf het boek in 1 woord.
Illustraties
- Zitten er illustraties in jouw boek? Laat enkele zien.
- Wat is jouw favoriete illustratie en waarom?
- Maak zelf een illustratie bij het boek.
- Wie is de illustrator? Welke andere boeken heeft hij/zij geïllustreerd?
Verwerking
- Maak een boekenposter van jouw boek.
- Schrijf een samenvatting van jouw boek.
- Geef een boekbespreking over jouw boek.
Gekoppeld aan een boek
Hieronder staan de verschillende boeken waar al ideeën voor mini leeslessen beschikbaar zijn:
- Ideeën voor de bovenbouw (groep 7-8) vind je hier.
- Ideeën voor de middenbouw (groep 5-6) vind je hier.
- Ideeën voor beginnende lezers (groep 3-4) vind je hier.
- Ideeën voor de onderbouw (groep 1-2) vind je hier.
- Ideeën rondom thema’s vind je hier.
Uitgewerkte lesideeën
Bij verschillende boeken krijg ik inspiratie voor kant en klare werkbladen of lessen. Hieronder vind je een overzicht van deze downloads:
Kant en klare lesssen:
- De zus van Sinterklaas – Pietengymles
- Piet en de zee – Schilderen als Mondriaan
- Dummie de mummie 8 – Moderne spreekwoorden
- Het grote chocoplot – Wetenschappelijke experimenten
- Het grote chocoplot – Breuken chocoladereep verdelen
- Sammie en opa – 4 lessen bij de eerste 2 hoofdstukken
- Free run – Mediakaarten gymles Free running
Werkbladen bij mini leeslessen:
- De zus van Sinterklaas – Het grote boek van Sinterklaas, vul je eigen bladzijde in.
- Sinterklaas zonder Baard – Schrijf een briefje naar Sinterklaas.
- De ongelooflijke Ravi Ravioli – Schrijf een introductie bij jouw boek.
- Dummie de Mummie 8 – Pizza ontwerpen.
- Een jongen met de naam Kerstmis – Schrijf een nieuwsbericht voor in het Sneeuwdagblad.
- Jippie een humeurig sprookje – Vul jouw eigen stamboom in.
- Jippie een humeurig sprookje – Maak een paspoort voor jouw hoofdpersoon.
- Kerst in de Tjalkstraat – Hulpjes voor in de klas.
- De Bieb Bende 5 – Teken jouw personages.
- De GVR – ontwerp jouw cover.
- De GVR – Bedenk jouw droom.
- De GVR – Bedenk een eigen woord en maak hier een woordenboek van.
- Gizmo – Schrijf een tip voor het lezen van jouw boek.
- Hoe ik mijn opa vond en alles anders werd – Vul jouw eigen stamboom in.
- Hugo chillt – Maak een spiekbriefje.
- Silvester en het knorrende cadeau – Maak een mindmap over jouw boek (hier met takken).
- Sinterklaas voor grote kinderen – Informatiebrief lootjes trekken + lootje.
Stelopdrachten:
- De zus van Sinterklaas – Schrijf het verhaal af. Hoe ontsnapt Sinterklaas en hoe voorkomt hij dat zijn zus naar Nederland vertrekt als Sinterklaas?
- Man op de maan – Wat zou jij zeggen als jij als eerste op de maan staat? Maak een mooie tekening op een A4 en schrijf daarna met zwarte stift jouw tekst hierover heen.
- Sinterklaas zonder Baard – Schrijf een Sinterklaasverhaal: – zorg voor een probleem waardoor pakjesavond mogelijk niet door kan gaan. – zorg voor een oplossing waarna het feest toch kan beginnen.
- De ongelooflijke Ravi Ravioli – Bedenk jouw wet voor Costa Banana.
- Een jongen met de naam Kerstmis – Wat is jouw kerstgedachte?
- Het grote chocoplot – Wat zou jij doen als je vandaag te horen zou krijgen dat er over 7 dagen geen chocolade meer te vinden is?
- Jippie een humeurig sprookje – Stel je zou in Jippie! of Grom wonen: Hoe zou jouw dag eruit zien? Vertel hierover in een half A4. Verzin ook een vrolijke of humeurige naam voor jezelf en de mensen in jouw verhaal.
- Sam in actie – Het speelveld waar Sam mag voetballen ligt vol met hondendrollen. Sam heeft foto’s gemaakt van mensen die hun hond hier uitlaten en ze heeft die mensen aangesproken zonder effect. Wat zou ze nu kunnen doen? Schrijf het verhaal af in minimaal een half A4.
- De Bieb Bende 5 – Vertel over jouw tijdreis. Waar zou je heen gaan? Waarom naar die tijd? Hoe zal jouw reis verlopen?
- De GVR – Bedenk iets wat wij nu (nog) niet kennen en beschrijf hoe het zou zijn als datgene wat jij bedacht hebt nu wel zou bestaan.
- De GVR – Stel dat wij zouden weten dat de mensetende reuzen uit dit boek echt bestaan. Hoe zou jouw leven er dan uit zien?
- De Wonderlingen – Teken en schrijf een eigen verhaal. Begin of eindig je verhaal met tekeningen die het verhaal vertellen en schrijf daarnaast de tekst voor de rest van het verhaal.
- Free run – Je moeder is opgepakt. Je hebt geen identiteitsbewijs. Je kunt niet meer terug naar huis en slaapt in een fietsenhok. Je biologische vader, die jou niet wilde erkennen, woont ergens in Nederland. Je hebt niks meer van je moeder gehoord en als je ’s morgens wakker wordt ben je door 5 x bellen en een smsje heen geslapen. Ze wordt per direct het land uitgezet. Je vind de 3400 euro die ze achterliet. Samen met je fiets en wat oude foto’s is dat alles wat je hebt. Wat zou je nu doen? Maak een verhaal van minstens een A4.
- Gymroddels – Schrijf een blog over gisteren. Wat heb je allemaal beleefd en wat wil je allemaal vertellen?
- Mijn zusje – Stel je voor dat je jouw huis elke dag ergens anders plaatst, hoe zou jouw leven er dan uit zien?
3 berichten
Pingback: EdcampNL 2017 - Juf Inger
Pingback: Bloghop Kinderboekenweek 2018 - Juf Inger
Pingback: Mini leeslessen - Juf Judith