Zo leer je kinderen lezen en spellen

[DOOR LINDA] ‘Lezen en spellen zijn technische vaardigheden. Een woord is uiteindelijk goed of fout gelezen of geschreven. Het zijn vaardigheden zonder speelruimte.
Dit betekent dat de leerkracht de opdracht geeft deze vaardigheden zo effectief en efficiënt mogelijk aan de kinderen aan te bieden. Effectief duidt vooral op een doelgerichte, preventieve instructie bij oefeningen die rechtstreeks met het doel te maken hebben. Het is efficiënt als de beschikbare tijd vooral aan deze oefeningen besteed wordt. Een eenduidige, sobere aanbieding kan ertoe bijdragen dat deze vaardigheden binnen een beperkte tijd worden geleerd.’
– Zo leer je kinderen lezen en spellen –

Zo leer je kinderen lezen en spellen is een handboek voor groep 2 tot en met 8. In deze uitgebreide en geactualiseerde editie lees je alles over het leren lezen en spellen volgens de methodiek van José Schraven. Het boek is uitgegeven door Uitgeverij Pica en bevat ook veel praktische tips en didactische aanwijzingen voor mensen die niet via de methodiek werken.

Zo leer je kinderen lezen en spellen

Cover Zo leer je kinderen lezen en spellen

Het boek is opgedeeld in vier delen, die hun eigen inleiding en bijlagen bevatten. Voordat er een begin wordt gemaakt met deel 1 lees je in het algemene deel wat de methodiek precies is en welke didactische en organisatorische uitgangspunten erbij horen. De opbouw ziet er als volgt uit:

  • Algemeen
  • Deel 1 – Groep 2: het fonemisch bewustzijn
  • Deel 2 – Klankzuivere periode lezen en spellen groep 3
  • Deel 3 – Niet-klankzuivere periode lezen en spellen groep 3
  • Deel 4 – Voortgezet lezen en spellen groep 4 t/m 8

Algemeen

Klankzuivere periode

In de klankzuivere periode worden alleen eenlettergrepige woorden aangeboden waarbij alle klanken precies corresponderen met het teken dat er staat.

Voor het inslijpen van de klank tekenkoppeling is het belangrijk om ook het fijn motorische kanaal te gebruiken. Hierom is het belangrijk om een letter ook direct te schrijven als hij wordt aangeleerd. Het best kan hierbij blokschrift worden gebruikt, omdat dit het minst verschilt van de gedrukte teksten in boeken. Schrijven is een bewuste hersenactiviteit en is daarom van groot belang bij het leren van alle klank tekenkoppelingen. Ditzelfde effect wordt niet bereikt wanneer woorden worden getypt in plaats van geschreven.

Het zingend lezen is helpend bij het voorkomen van spellend lezen. Door het vasthouden van de klank is het voor kinderen makkelijker om de goede volgorde van de klanken vast te houden en het woord te horen.

Aanleren van letters, visuele discriminatie, auditieve synthese en woorden/zinnen/teksten lezen zijn kernonderdelen van lezen en spelling. Deze onderdelen komen dagelijks in de les aan de orde.

Niet-klankzuivere periode

Vanaf de niet-klankzuivere periode komen de klank en het bijbehorende teken niet meer eenduidig overeen. Een nieuwe categorie woorden wordt met de daarbij horende categorienaam aangeboden. Hierbij vertelt de leerkracht wat de categorie is en doet voor hoe je woorden binnen deze categorie moet lezen. Later wordt de koppeling gemaakt naar het schrijven van woorden met dezelfde categorie. De ervaring leert dat leerlingen een categorie makkelijke oppakken met schrijven als zij hem eerder al hebben aangeleerd bij lezen.

In de niet-klankzuivere periode zijn woorden van één lettergreep lezen, klankgroepen aanleren in vier stappen, tekst lezen en tempolezen de kernonderdelen voor lezen. Voor spelling vallen de auditieve analyse, opfrissen van de kennis over categorieën en regels, een dictee en het bespreken van het dictee onder de kernonderdelen. Alle kernonderdelen komen elke les aan de orde.

Didactische uitgangspunten

Het belangrijkst is het geven van een instructie die zo concreet mogelijk is. Hiermee wordt voorkomen dat fouten kunnen inslijpen, zowel op het gebied van lezen als op het gebied van spelling. Hierbij is de manier waarop de leerkracht instructie geeft en hoe hij modelt van essentieel belang. Het werkt het best als de leerkracht zelf alles verwoordt en uitlegt. Het meerdere malen herhalen van dezelfde instructie zorgt ervoor dat het leerproces wordt versnelt

Bij het leren lezen en spellen moeten de auditieve, motorische en visuele kanaal allemaal worden ingeschakeld. Dit zorgt voor goede verbindingen. Tegelijkertijd kan zo ieder kind er zijn voordeel mee doen dat het op een van de gebieden sterker is en daarmee optimaal profiteren van het aanbod. Door het aanspreken van alle kanalen zijn de oefeningen afwisselend en is het makkelijker om te differentiëren.

Organisatorische uitgangspunten

Bij instructielessen werkt een frontale opstelling bevorderend voor het zo goed en snel mogelijk oppikken van de informatie. De leerlingen hebben hun blik gericht op de leerkracht en zo is oogcontact met de leerkracht ook makkelijker gemaakt. Klankgebaren kunnen direct worden nagedaan en de leerkracht kan makkelijker zien of iedereen alle handelingen juist uitvoert.

Zo leer je kinderen lezen en spellen is een groepsgewijze aanpak. Je weet immers vooraf niet welke problemen zich bij welke leerlingen zullen voordoen. Ondanks dat is het uiteraard wel belangrijk om te differentiëren, zowel qua moeilijkheid als qua ondersteuning.

Het werkt bevorderend als de les wordt gegeven volgens een vast opbouw. De leerlingen weten dan wat ze kunnen verwachten en dit verhoogt de effectieve leertijd.

Deel 1 – Groep 2: het fonemisch bewustzijn

Als een kind eenmaal iets heeft aangeleerd, is het moeilijk om dat later weer af te leren. Daarom is het belangrijk om te zorgen voor een goede doorgaande lijn van groep 2 naar groep 3.

In kleutergroepen wordt veel thematisch gewerkt. De woorden die gebruikt worden in de verschillende lessen passen vaak bij het thema. Als er geoefend wordt met het fonemisch bewustzijn is het belangrijk dat de woorden klankzuiver zijn.

In groep 2 is het doel om kinderen gevoelig te maken voor klanken en de letter die daarbij hoort. Handig is om hierbij veel af te wissel tussen medeklinker, lange klank, korte klank en tweetekenklank. Een week per letter is meer dan genoeg om kennis te maken. Spreek de letter uit met de klanknaam en niet met de alfabetnaam. Laat bij het aanleren de letter ook meteen zien en oefen met het klankgebaar.

Bij de oefeningen voor auditieve analyse en auditieve synthese is het belangrijk veel individuele beurten te geven en goed te observeren welke kinderen het wel of niet kunnen. Alle één kind de beurt heeft dan kunnen alle andere kinderen zachtjes meedoen.

Deel 2 – Klankzuivere periode lezen en spellen groep 3

De letters worden ingedeeld in medeklinkers, lange klanken, korte klanken en tweetekenklanken. Als het goed is hebben de kinderen hiermee al kennisgemaakt in groep 2. Het is belangrijk dat kinderen de klank tekenkoppeling automatiseren. Hiervoor is het goed iedere dag te oefenen met korte, snelle beurten. Dit kan als warming up voor de start van de les.

Motorische ondersteuning is voor veel kinderen belangrijk. Daarom leren zij bij iedere klank een klankgebaar.

Motorische ondersteuning vindt plaats als de kinderen de geleerde klank ook gaan schrijven. Hierbij is het noodzakelijk om expliciet instructie te geven op de juiste schrijfwijze van de letters. De leerkracht modelt tijdens het schrijven precies wat hij doet en verwoordt de schrijfhandeling.

Lezen

Bij leerlingen die woorden nog niet in één keer kunnen lezen, wordt het lezen geoefend met zingend lezen. Hierbij worden de klanken verlengd gelezen, totdat ze volgende klank wordt gelezen. Ieder kind heeft een woordrijboekje en hier wordt dagelijks mee geoefend. Hierbij is het bij wijzen met de vinger belangrijk om fouten te voorkomen en het nauwkeurig lezen te bevorderen. Bij het leren lezen kan gebruik worden gemaakt van DIK-lezen (duo, individueel, koor)

Het is belangrijk om aangeleerde letters en woorden zo snel mogelijk in een betekenisvolle context te kunnen gebruiken. In het begin kennen de kinderen nog te weinig letters en daarom wordt er dan gebruik gemaakt van picto-verhaaltjes. Na een tijdje kunnen kinderen ook zelf picto-verhaaltjes maken. Wanneer er echte boekjes gelezen kunnen worden dan worden die gebruikt. De woordjes en de tekst worden elke dag in de leesles geoefend. Het is belangrijk om te oefenen met vlot lezen, maar tempo mag nooit ten koste gaan van de nauwkeurigheid.

Spellen

Bij spelling leren de kinderen met auditieve discriminatie de klanken goed van elkaar te scheiden, zodat ze het goede teken aan de juiste klank kunnen koppelen. Bij auditieve analyse worden de woorden in klanken gehakt. Alle kinderen hakken altijd zachtjes mee. Het hakgebaar is hierbij een motorische ondersteuning en wordt gemaakt van links naar rechts.

Het dictee bestaat vanaf begin groep drie uit zes letters, zes woorden en een zin. Alles wordt in een vlot tempo opgenoemd en geschreven. Dit zorgt voor een hoge mate van concentratie en rust in de klas. Kinderen mogen zelf de klankgebaren en de hakkaarten gebruiken ter ondersteuning. De leerkracht benoemt dit, maar blijft dit niet voordoen. Begin bij het woorden schrijven met mkm-woorden, en bouw dit op als het mogelijk is om woorden met meerdere medeklinkers te gebruiken, of samengestelde woorden.

In het begin van groep 3 kijkt de leerkracht de dictees zelf na. Vanaf ongeveer november kunnen kinderen dit ook leren. Hiervoor is expliciete instructie nodig. Leer kinderen na te kijken met een andere kleur dan waarmee geschreven is. Zo kun je goed het verschil zien tussen wat er al goed was geschreven en wat er goed is nagekeken. Het is belangrijk als leerkracht ook altijd alle dictees te bekijken, omdat je hier extra informatie uit kunt halen.

Deel 3 – Niet-klankzuivere periode lezen en spellen groep 3

De niet-klankzuivere periode begint nadat alle letters expliciet zijn aangeleerd en geoefend. De doelen voor lezen en spellen lopen nu niet meer gelijk. Bepaalde categorieën worden nu eerst bij het lezen aangeboden en komen pas later bij spelling aan bod.

In deze periode blijft het van belang een vast dag- en weekritme van belang voor de voorspelbaarheid en zoveel mogelijk effectieve lestijd.

Lezen

In de leesles ben je dagelijks bezig met het automatiseren van het lezen van klankzuivere woorden, het aanleren van niet-klankzuivere woorden met één lettergreep, klankgroepenwoorden lezen en boeken en teksten lezen. Aan het begin van deze periode leren kinderen hoe ze de hoofdletters moeten lezen.

Het geven van individuele leesbeurten is belangrijk om goed te kunnen observeren wat kinderen al kunnen lezen en wat zij nog moeilijk vinden. Hierbij is het DIK-lezen aan te raden, omdat je dan kinderen echt individueel leert lezen en hierdoor eerder signaleert en op tijd hulp kunt bieden.

Als er een nieuwe categorie wordt aangeleerd, oefen kinderen eerst woordrijen met woordjes waarin alleen deze moeilijkheid zit. Daarna wordt er geoefend met bordrijen die bestaan uit de nieuwe categorie, rijtjes met eerder aangeleerde niet-klankzuivere woorden en een rijtje met moeilijke klankzuivere woorden. Het navragen van welke categorie er bij de woorden hoort is handig om in te oefenen dat deze woorden bij elkaar horen. Dit zorgt voor een goede basis als de leerlingen de categorie met spelling gaan leren.

Vanaf het moment dat er meerlettergrepige woorden aangeboden worden leren de kinderen hoe ze woorden in klankgroepen moeten verdelen. Dit wordt auditief ingeoefend door het woord te verdelen in klankgroepen, het bepalen van de laatste klank, bepalen in welke groep de laatste klank hoort, bepalen wat je moet doen met deze laatste klank bij deze klankgroep en uiteindelijk de afbouw en verkorting van deze ondersteuning. Bij het leren lezen van langere woorden is het goed om aan te leren het woord per klankgroep te lezen als het niet in één keer lukt. De leerkracht doet dit nadrukkelijk voor.

Spellen

Een spellingles bevat altijd auditieve analyse, uitleg van een nieuwe categorie, herhalen van de aangeleerde categorieën en tegels, auditief dictee van woorden en een zin en de nabespreking.

Om te oefenen met het indelen van de klanken in de juiste groep laat de leerkracht een kaart met de klank of het lettercluster zien. De kinderen benoemen de klank en de categorie. Als er één kind de beurt heeft dan maken de anderen het gebaar van de groep. Later kan de leerkracht de klank ook zeggen in plaats van laten zien. Zo leren kinderen op gehoor de klanken goed in te delen.

De categorieën die met spelling worden aangeboden zijn niet nieuw, omdat kinderen ze eerder al met lezen hebben geleerd. Dit geeft de kinderen houvast. Bij spelling leren de kinderen de regel die vertelt hoe je een woord goed moet schrijven. Zo weten kinderen ook waarom een woord op een bepaalde manier geschreven moet worden.

Deel 4 – Voortgezet lezen en spellen groep 4 t/m 8

Het technisch lezen zou voor de meeste kinderen eind groep 5 voltooid moeten zijn, maar spelling loopt door tot en met groep 8. Ook hier blijft het zo dat categorieën altijd eerst zijn aangeboden bij lezen, voordat ze worden aangeboden bij spelling.

De instructie ziet er in groep 4 t/m 8 grotendeels hetzelfde uit als in groep 3. De leerkracht zorgt dat de kinderen de onderdelen zo goed en zo snel mogelijk leren lezen en spellen.

Lezen

In groep 4 en 5 zijn herhaling, nieuwe categorie leren lezen, boeken en teksten lezen en automatiseren (tempolezen) de kernonderdelen van de leesles. Hierbij wordt wekelijks een nieuwe bladzijde uit de Leesmap 4-5 gebruikt en leesrijtjes op het bord die de hele week blijven staan.

Vanaf groep 6 verandert de werkwijze. Kinderen hebben nu als het goed is alle categorieën geleerd en geoefend. Aan het begin van het jaar kan het zinvol zijn om moeilijke leescategorieën nog een keer te herhalen.

Spelling

In groep 4 t/m 8 zijn herhaling, klankgroepen, nieuwe categorie aanleren, dictee en nabespreking de kernonderdelen van de les. De les start met een warming up, waarbij gekeken wordt wat de kinderen al weten. Hierbij verandert weinig aan de werkwijze. Vanaf groep 6 ligt het hoofdaccent binnen de instructie alleen op spelling, omdat met lezen alle categorieën geoefend en behandeld zijn.

Recensie

Ik vind Zo leer je kinderen lezen en spellen een heel prettig en handzaam boek. Alle essentiële onderdelen van het leren lezen en spellen worden uitgebreid besproken en uitgelegd voor alle groepen.

Binnen de methodiek van Zo leer je kinderen lezen en spellen is er heel veel aandacht voor het benoemen van de categorieën. De kinderen zijn hier bij het schrijven van ieder woord expliciet mee bezig en binnen de spellingles is er ook veel aandacht voor het inoefenen van de nieuwe categorie en het herhalen en benoemen van eerdere categorieën. Hier is binnen andere methodes en werkwijzen minder expliciete aandacht voor.

Hoewel wij op school niet werken met Zo leer je kinderen lezen en spellen zijn er wel bepaalde onderdelen die mij aan het denken hebben gezet. Zo ben ik mij na het lezen van dit boek meer bewust van de motorische, auditieve en visuele ondersteuning bij het leren lezen en spellen en het belang van het constant blijven benoemen van de categorieën en de daarbij behorende regel voor het schrijven en lezen van de woorden. Dit neem ik mee om met mijn collega’s over in gesprek te gaan en om te kijken op welke onderdelen wij ons onderwijs nog kunnen verbeteren.

Wil je nog meer te weten komen over het lezen op school? Dan is Lezen was nog nooit zo leuk! ook een aanrader. In het blog over Het Pica onderwijscongres vind je ook veel informatie over lezen.

Met dank aan uitgeverij Pica voor het toezenden van dit recensie-exemplaar.

Vergelijkbare artikelen