Rinus

”Nu kan Rinus eindelijk wild doen. Wilder dan wild, wilder dan opa ooit was. Als hij aan komt stormen, gaat iedereen ervandoor.’
– Rinus –

Dit is een prentenboek.

Het verhaal

Cover Rinus

Rinus is een kleine neushoorn en vandaag moet opa neushoorn op hem passen. Hij wil graag met opa spelen, maar opa ligt het liefste de hele dag te slapen. Rinus probeert op allerlei manieren de sterke en wilde opa neushoorn van vroeger terug te krijgen. Als dit niet lukt besluit hij om zelf op pad te gaan en te laten zien dat hij net zo sterk en wild is als zijn opa. Van al zijn avonturen krijgt hij honger en dorst en wanneer hij wat wil gaan drinken bij de waterval gaat het mis. Komt alles weer goed met Rinus?

Recensie

Rinus gaat over de liefdevolle relatie tussen een opa en zijn kleinzoon. Rinus maakt een fout en opa helpt hem als een een echte held. Het boek bevat rijke en sensorische taal.

‘Het water is wilder dan wild. En stroomt sneller dan snel.’

De illustraties bevatten allerlei grappige details, zoals het regenboogtasje van Rinus en en de bril van opa. Door de sprekende mimiek van de dieren kun je al aan de afbeeldingen zien hoe zij zich voelen.

Rinus is verkozen tot Prentenboek van het jaar 2025 en zal centraal staan tijdens de Nationale Voorleesdagen van 2025.

Met dank aan Uitgeverij Hoogland & Van Klaveren voor het toezenden van dit recensie-exemplaar.

Bekijk dit boek.

Ideeën voorlezen Rinus

In de onderbouw werken de mini leeslessen anders. Het voornaamste doel van het voorlezen in de onderbouw is het leesplezier! Kinderen die graag worden voorgelezen en het fijn vinden om boeken te bekijken, zullen later het lezen sneller oppakken. Bij de keuze van het boek is het belangrijk om aan te sluiten bij de belevingswereld van de kinderen.
Hieronder staat beschreven hoe je Rinus kunt voorlezen. Voorlezen is een manier om naast het vergroten van het leesplezier te werken aan andere doelen zoals het vergroten van de woordenschat, het inzicht in zinsbouw, verhaalbegrip, de communicatievaardigheid en boekoriëntatie te werken.

Introductie en voorlezen

Als introductie:

Er zijn verschillende mogelijkheden om dit boek te introduceren. Welke optie het leukste is, hangt af van de voorkennis van je klas,

  • Filmpje laten zien van een neushoorn. Dit doe je wanneer je verwacht dat de meeste leerlingen niet weten wat een neushoorn is. Bijvoorbeeld een stukje van een aflevering van Klokhuis over de neushoorn.
  • Een raadsel: Het is een dier, hij heeft vier poten, hij leeft in een warm land, hij is een planteneter, hij heeft een klein staartje, hij is grijs, hij heeft een hoorn, enzovoort. Hierbij kun je de aanwijzingen steeds makkelijker maken.
  • Een bezoek aan de Beekse Bergen.

Voor het voorlezen:

Bekijk met de kinderen de kaft en praat erover voor je start met voorlezen. Je kunt dit doen door te vragen wat ze zien en of ze een idee hebben wat dat betekent.

Vertel kort de strekking van het verhaal zonder dat je de clou weggeeft. Je wil dat kinderen nieuwsgierig worden en de juiste informatie tot zich nemen, waardoor het verhaalbegrip zo groot mogelijk wordt. Voor dit boek zou dit als volgt kunnen:

  • Op de kaft zie je Rinus en zijn opa. Vandaag mag opa op Rinus passen. Rinus vindt het een beetje saai, want opa is al oud en wil daarom niet met hem spelen. Hij besluit zelf op avontuur te gaan. Ik ben benieuwd wat hij gaat doen.

Als het prentenboek voor de eerste keer voorgelezen wordt, onderbreek je het verhaal zo min mogelijk. Je geeft alleen maar uitleg als je denkt dat sommige woorden te moeilijk zijn om het verhaal te begrijpen.  Zorg ervoor dat de kinderen het boek goed kunnen zien (liefst via het digibord). Moeilijke woorden op de pagina leg je van tevoren uit in kindertaal eventueel met hulp van de illustratie.

Bij volgende keren voorlezen is het mogelijk om dieper na te denken over een fragment van het verhaal. Als je een denkvraag stelt, vraag dan door op wat de leerlingen antwoorden.

Maak een keuze uit onderstaande vragen:

VoorspellenOpa slaapt. Hij hoort niets en ziet niets. Wat zou Rinus nu van plan zijn om te gaan doen?
Oplossen Rinus is in een kloof beland en kan er niet meer uit.
Wat zouden de dieren kunnen doen om hem te helpen?
Wat zou jij doen om Rinus te redden?
Bedenken Rinus doet wild. Als hij eraan komt stormen gaat iedereen er vandoor. Hoe komt dat? Zou dat bij een echte neushoorn ook zijn?
 Kijk en vergelijk Bekijk de foto’s van echte neushoorns. (Zie opdracht natuur) Als je deze vergelijkt met de illustraties uit het boek. Wat is dan waarheidsgetrouw getekend (echt) en wat is fantasie van de illustrator?
Grote ideeënRinus en zijn opa zijn sterk. Ze kunnen wel 100 boomstammen optillen. Hoe zwaar zou dit zijn? Hoeveel kilo kan jij optillen?
VerbindenOpa is doof en heeft een bril. Hoe kun je opa helpen om te zorgen dat hij er geen last van heeft dat zijn oren en ogen niet meer zo goed werken?

Woorden die goed behandeld kunnen worden bij dit boek om de woordenschat te vergroten:

  • Met behulp van de illustraties: boomstammen, optillen, dommelen, aan stormen, waterval, kloof, stromend water.
  • Uitleggen met andere woorden: wild, tegelijk, doof, niets, aarzelen, opgewonden, moedig, held.
  • Door in het echt te laten zien: optillen, dommelen, klauteren, aan stormen.

Werken vanuit essentiële thema’s

In groep 1-2 wordt op bijna alle scholen gewerkt met thematisch onderwijs. Bij het voorlezen is het dan ook een logische keuze om te kiezen voor prentenboeken die bij het thema passen. Het doel van het thematisch voorlezen is dat de ervarings- en taalbasis van de kinderen vergroot wordt.

Kies een essentieel thema, waarbij 1 prentenboek de basis is. Essentiële thema’s zijn brede onderwerpen waar mensen op verschillende wijzen naar kijken en die uitnodigen tot het stellen van vragen en filosoferen. Uitleg over het essentiële thema lees je in het blog Werken met essentiële thema’s.

Essentieel thema

Binnen een essentieel thema werk je met een centrale zin en woord. Uitleg over de centrale zin en het centrale woord lees je het blog Geletterdheid met prentenboeken.

Bij dit boek past het essentieel thema: 
‘Ik ken een held’ of ‘Wie is jouw held?’

De zin die centraal kan staan is: ‘Opa is mijn held’.
Als centrale woord zou ik ‘held ‘ kiezen.

Andere essentiële thema’s bij dit prentenboek kunnen zijn:

  • Het leven op de Savanne.
  • Dieren in Afrika.
  • Dieren in Azië.
  • Ik leef in Afrika.

Mogelijke activiteiten

Creatief schrijven:

  • Na het bespreken van de eerste keer voorlezen en de open denkvraag: Wat zou Rinus nu van plan zijn om te gaan doen? tekenen de leerlingen wat zij denken wat er op de volgende bladzijde te zien is. Stimuleer ze om er woorden of zinnen bij te schrijven.
  • Geef de opdracht aan de leerlingen om hun held te tekenen en er bij te schrijven wie het is.
  • Laat de leerlingen een brief schrijven aan hun held.

Rekenen:

  • Bij de open denkvraag uit de categorie Grote ideeën denken leerlingen na over hoeveel een boomstam weegt en hoeveel zij kunnen tillen. Ga op onderzoek uit en experimenteer erop los. Wat is licht en wat is zwaar? Hierbij kun je het concept van een katrol introduceren, doordat boomstammen in Nederland met een takelwagen of hijskraan worden opgetild. Ook kun je de werking van een weegschaal uitleggen.

Sociaal-emotionele ontwikkeling:

  • Wat is een held? Wat maakt iemand een held? Zou jij een held willen of kunnen zijn? Meer ideeën om te filosoferen met kleuters over helden vind je hier.

Creatief/Spel:

  • Na de tweede keer voorlezen met de open denkvragen Wat zouden de dieren kunnen doen om hem te helpen? en/of Wat zou jij doen om Rinus te redden? zorg je dat je de betreffende dieren, bouwmateriaal, waardeloos materiaal en touw beschikbaar hebt. Laat de kinderen een oplossing ontwerpen om Rinus te bevrijden uit de kloof. Werkt het ontwerp?

Natuur:

  • Bekijk samen afbeeldingen en filmpjes van de Aziatische en Afrikaanse neushoorn. Je kunt veel informatie vinden op de website van de Beekse Bergen. Welke verschillen en overeenkomsten kunnen leerlingen ontdekken? Orden de inbreng van de leerlingen door middel van een Venn diagram.
  • Ga na de open denkvraag uit de categorie Bedenken met de leerlingen op onderzoek uit. Welke dieren zijn bang van een neushoorn en welke niet?
  • Bij de open denkvraag uit de categorie verbinden kun je in gesprek gaan over zintuigen en hierbij dit filmpje laten zien over de zintuigen van een neushoorn. Hoe lossen dieren en mensen het op als één of meerdere zintuigen niet goed meer werken? Je kunt ook de gebaren bij het prentenboek Rinus laten zien voor dove leerlingen.

Andere titels bij het thema:

Dit blog is geschreven door een gastblogger.

*Dit bericht bevat affiliate links

Vergelijkbare artikelen

Winkelwagen